Bron: Sport & Life!, Mei 2017
Vulkanisch gesteentemeel herstelt de natuurlijke mineraalbalans in de bodem en die eigenschap biedt zeer interessante mogelijkheden voor duurzaam beheer van natuurgrassportvelden, zo blijkt uit een revolutionaire proef met steenmeel in de Noord-Hollandse gemeente Velsen.
Natuurgrassportvelden hebben bij veel sportliefhebbers de voorkeur boven kunstgrasvelden. Natuurlijk gras heeft eigenschappen die met kunstgras wel nagebootst worden, maar die op een aantal cruciale punten niet vergelijkbaar zijn. Dit zijn met name de natuurlijke beleving, het gevoel, de geur, de frisheid en de spelmogelijkheden, vooral wat slidings aangaat. Dit staat nog los van de mogelijke consequenties van kunstgrasvelden op de gezondheid van spelers, zoals die onlangs in de publiciteit kwamen.
Duurzaam onderhoud
De gemeente Velsen past in het kader van duurzaamheid al jarenlang organische meststoffen op haar sportvelden toe. In haar zoektocht naar verbeteringen en de opdracht van gemeente Velsen aan De Peinder om verder invulling te geven aan het duurzaam onderhouden van natuurgrasvelden is de Peinder in contact gekomen met Carpay Advies en de Biogeoloog. Deze bedrijven maken zich sterk voor het aanpakken van bodemverwering met vulkanisch gesteentemeel en hebben al goede resultaten geboekt in de akkerbouw, melkveehouderij en tuinderij. Na inpassing van gesteentemeel in de bemestingsstrategie blijken kwaliteit en productie te verbeteren. De toepassing van gesteentemeel sluit bovendien goed aan bij de toepassing van organische meststoffen.
De oorzaak van veel bodem- en gewasproblemen ligt bij het gebruik van traditionele meststoffen en het jarenlang verbruiken van cruciale (spoor)elementen in de bodem. Dit kan niet met gangbare bemesting volledig hersteld worden. Daarnaast wordt doorgaans overmatig veel calcium aangevoerd om de zuurgraad te beheersen, waardoor een chemische onbalans in de bodem ontstaat. Dit bemoeilijkt de opname van verschillende voedingsstoffen. Hierdoor nemen kwaliteit en productie van gewassen steeds verder af en wordt met steeds meer bemesting getracht die toch op
peil te houden. Dit geldt ook voor de natuurgrassportvelden: een intensief betreden en onderhouden stukje grond waarvan steeds meer geëist wordt, zowel van de grasplant als de bodem.
Pilotproject
Op zestien sportvelden in de gemeente Velsen heeft De Peinder, op basis van gedetailleerde bodemanalyses en onder deskundige begeleiding van Gino Smeulders van de Biogeoloog, gesteentemeel
toegepast. De eerste velden zijn in 2013 met gesteentemeel bemest. Naar aanleiding van de goede resultaten van deze pilot zijn in de volgende jaren meerdere natuurgrasvoetbalvelden met
gesteentemeel bemest. Betere groei en beworteling bleek een belangrijk voordeel, maar ook het kostenbesparingsaspect telt zwaar mee: minder strooibeurten, dus minder kosten. Gino Smeulders: ‘Wat betreft de te bereiken chemische en biologische balans in de bodem benaderen wij de sportvelden niet anders dan landbouwpercelen of natuurgebieden. Een gezondere bodem betekent een
actief bodemleven met betere wortelvorming en een stevigere plant.’ Een actief bodemleven is voor boeren een voordeel, maar sportparkbeheerders zijn bang dat een surplus aan organismen in de
grond ervoor gaat zorgen dat er mollen naar de sportvelden komen en daar zitten ze natuurlijk niet op te wachten. Gino Smeulders: ‘Ik kan mij die angst wel indenken. Wanneer er ruimte is voor
natuurlijke bodemprocessen trekt dit allerlei organismen aan, waaronder wormen, en mollen eten wormen. Dus dat zou een mogelijk probleem zijn. Echter in Velsen wordt gesteentemeel nu enkele
jaren toegepast en hier (de schrale zandbodem) heeft zich dat probleem niet voorgedaan.’
Aanbrengen gesteentemeel
Het aanbrengen van gesteentemeel is nog een bijzondere aangelegenheid. Gesteentemeel is net zo fijn als droge landbouwkalk en zonder het gebruik van een speciale kalkstrooier gaat het flink
stuiven. Met de grote tractoren en kalkstrooiers – zoals men die in de landbouw gebruikt – kun je niet uit de voeten op een sportveld. Deze zijn te zwaar en brengen schade toe aan
het veld. Timo Laan van De Peinder: ‘We mengen nu het poederfijne steenmeel met verschralingszand en maken dit vochtig en brengen het met schotelstrooiers vochtig op het veld. We zijn nog op zoek naar een betere methode, bijvoorbeeld in de vorm van een homogeen geleverd mengsel of een strooier die geschikt is voor de sportvelden.’ Als het aantal sportvelden groeit – en daar
gaan we vanuit – dan wordt deze investering mogelijk. ‘We hebben hiervoor schaalvergroting nodig, momenteel wordt er (slechts) op zestien velden steenmeel toegepast’. VV IJmuiden is in ieder geval zeer tevreden met de resultaten van de pilot. ‘Vroeger waren deze velden na de winterstop meer zand dan gras en nu kan er tot het einde van de competitie op gras (grotendeels op
goed gras) worden gespeeld. Zelfs de doelgebieden en de middenas zien er in het najaar nog goed uit.’
Veldrenovatiemoment uitstellen
Afhankelijk van de bespelingsintensiteit worden sportvelden gemiddeld eens in de vijftien jaar volledig gerenoveerd. Zoals de resultaten van de steenmeelbemesting er nu uitzien wordt verwacht dat door de betere bodemkwaliteit (betere ontwikkeling en groei van het gras) een algehele veldrenovatie jaren kan worden uitgesteld. Op het moment dat er een veldrenovatie gepland staat,
is dat dus een goed moment om gesteentemeel aan te brengen en in de bovenste grondlaag te mengen. Er is dan een direct zichtbaar effect’, aldus Laan.
Ontwikkelingen
Door de grotere aandacht voor duurzaamheid en de resultaten die gesteentemeel geven in landbouw, recreatie en natuurbeheer wordt het aanbod van steenmeelsoorten groter. Laan: ‘Er bestaat bij diverse sportveldbeheerders steeds meer interesse voor gesteentemeel. Onder andere bij sportcentrum Olympos van de Universiteit van Utrecht, waar inmiddels ook een test loopt op twee sportvelden.’ De ervaringen in onder meer Velsen maken duidelijk dat met de juiste kennis van zaken positieve resultaten te behalen zijn. Dit is echter nog niet in concrete cijfers uit te drukken, zo stelt Laan. ‘We willen in samenwerking met de Biogeoloog en Carpay Advies een betere veldmonitoring opzetten. We hebben hiervoor een standaardprotocol ontwikkeld. Echter, voor een goede monitoring en vastlegging hebben we extra budget nodig. Daarvoor zijn we nu op zoek naar nog meer partners.’
De goede resultaten zijn tot uiting gekomen in:
- Regelmatigere groei
- Verbetering van het bodemleven
- Minder aantasting, met name de afname van aantastingen door engerlingen
- Betere beworteling
- Stabielere grasmat
- Minder onkruiden
- Langere beschikbaarheid van de velden/ meer speeltijd